Meer vastgoedterminologie
Meer vastgoedtermen zijn te vinden op:
- A deel 1: Vastgoedterminologie Definitielijst [A 1/2]
- A deel 2: Vastgoedterminologie Definitielijst [A 2/2]
- B: Vastgoedterminologie Definitielijst [B]
- C en D: Vastgoedterminologie Definitielijst [C-D]
- E-G: Vastgoedterminologie Definitielijst [E-G]
- K-H: Vastgoedterminologie Definitielijst [H-K]
- L-O: Vastgoedterminologie Definitielijst [L-O]
- P-R: Vastgoedterminologie Definitielijst [P-R]
- S-T: Vastgoedterminologie Definitielijst [S-T]
- U-V: Vastgoedterminologie Definitielijst [U-V]
- W-Z: Vastgoedterminologie Definitielijst [W-Z]
Uilenbord
Klein driehoekig bord op de samenkomst van drie dakvlakken in boerenschuren. In het uilenbord bevindt zich een luchtgat waar uilen in en uit kunnen vliegen. Synoniem: ulebord, oelebord.
Uit het lood
Niet loodrecht.
Uitbloeding
Uitslag van zout in het metselwerk.
Uitbloeding
Uitslag van zout in metselwerk.
Uitdrogingskrimp
Vormverandering (verkorting) van beton door uitdroging .
Uitgangspunten
Aannames die in de beginfase worden vastgesteld. Als het project op basis van de aannames niet haalbaar is, moeten de uitgangspunten worden bijgesteld.
Uitkraging
Een in metselwerk geleidelijk verlopende overstek.
Uitslag
Tekening van een bouwdeel zoals trap, gewelf of kapconstructie in het platte vlak op een schot, waarnaar de onderdelen nauwkeurig kunnen worden gemaakt, eventueel met behulp van een naar de uitslag gemaakt → mal.
Uitsnijden
zie: beitelen
Uitsteken
zie: beitelen
Uitvloeimaat
Maat voor de vloeibaarheid van (zeer vloeibare) betonspecie.
Uitvoerbaarheid
zie: bewerkbaarheid
Uitvoerder
Medewerker van het bouwbedrijf die belast is met de dagelijkse leiding op de bouwplaats.
Uitvoering
Het proces van het tot stand brengen van bouwdelen, totdat het bouwwerk gerealiseerd is.
Uitwendige reductiefactor (Cu)
Factor, waarmee de oppervlakte van de doorlaat van een daglichtopeningen die zich in een inwendige scheidingsconstructie bevindt moet worden vermenigdvuldigd om deze te corrigeren voor de invloed van een voor de daglichtopening aanwezige buitenschil.
Uitwendige scheidingsconstructie
Constructie die de scheiding vormt tussen een voor mensen toegankelijke besloten ruimte van een gebouw en de buitenlucht, de grond of het water, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voorzover die delen van invloed zijn op het voldoen van die scheidingsconstructie aan een bij of krachtens dit besluit gegeven voorschrift.
Uitwendige scheidingsconstructie
Een constructie die de scheiding vormt tussen een voor mensen toegankelijke besloten ruimtedefruimte van een gebouw en de buitenlucht, de grond of het water, waaronder inbegrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies.
Uitzetten
Het nauwkeurig uitzetten van basispunten met behulp van moderne landmeetkundige apparatuur.
Uitzettingscoëfficient
De mate waarin een materiaal uitzet of krimpt bij temperatuurveranderingen, uitgedrukt per °C.
Underlayment
Glad plaatmateriaal met een fineerlaag.
Utrechtse Brug
Brug met boven en beneden een loopvlak waarmee zowel de bel-etage als het souterrain van een omgracht huis direct toegankelijk is.
Uurtarief
Kosten per uur voor het verlenen van diensten.
Uurtarief
Het te hanteren bedrag per uur voor het verrichten van werkzaamheden.
UV-transmissie
Percentage van het UV-licht, dat direct wordt doorgelaten door het glas.
U-waarde
Hoeveelheid warmte die door een vierkante meter constructie heen gaat bij een temperatuurverschil van 1 Kelvin.
Vakwerk
Constructie waarbij balken en staven, volgens een stelsel van rechthoeken en/of driehoeken, aan de uiteinden en/of kruiselings (kruishouten, schoren) verbonden worden tot een onwrikbaar geheel. Zowel toegepast voor wanden (vakwerkbouw) als voor draagconstructies (vakwerkligger )Een moderne toepassing is het ruimtevakwerk, zoals de dakconstructie van de nieuwe RAI-hallen in Amsterdam (1981).
Vakwerkligger
Een constructieve overspanning samengesteld uit staven die meerdere aaneengesloten driehoeken vormen.
Valdorpel
Een deurafsluiter die zich onzichtbaar in de onderzijde van de deur van de deur bevindt.
Vallicht
Raam aangebracht in het dakvlak waardoor meer licht valt op de gang of op de trap.
Varken
Zie Kiellaag.
Varkensrug
langwerpige halfcilindrische betonnen vorm boven het wegdek uitsteekt waarmee parkeerplaatsen of het wegdek worden gescheiden.
Vaste binding
Snelle opstijving van beton, veroorzaakt door een reactie van halfhydraat (CaSO4.½H2O) uit het cement met water waardoor gipskristallen worden gevormd.
Vaste inrichting
Kosten van de inrichting van een gebouw die nagelvast aan het gebouw wordt bevestigd. Hieronder worden verstaan: balies, keukens e.d.
Vaste sanitaire voorzieningen
Sanitaire meubels die vast zitten aan het bouwwwerk.
Vastveldraam
Een raam dat niet open kan.
Veegvast
Muurverf op basis van kalk en water.
Veelpas
Motief van meerdere cirkels die geheel omsloten is.
Veer en groef
zie: Messing en groef
Veiligheidstrappenhuis
Trappenhuis waardoor een brand- en rookvrije vluchtroute voert, en dat in de vluchtrichting uitsluitend kan worden bereikt vanuit een niet-besloten ruimte.
Veiligheidstrappenhuis
Een verkeersruimte waarin een trap is gelegen waarover een vluchtweg voert, welke ruimte in de vluchtrichting uitsluitend kan worden bereikt vanuit een niet besloten ruimte.
Velling
Afschuining, afsnuiting van een balkhoek, een dorpel enz., meestal onder een hoek van 45 graden.
Ventilatie
Ventilatie of het ventileren van een ruimte zorg ervoor dat de oude lucht wordt vervangen met nieuwe lucht.
Veranda
Een aanbouw met een slechts een afdak steunend op houten palen.
Verband
Verbinding, samenvoeging van bouwdelen tot een onwrikbare, bij houtbouw ook wel enigszins minder vaste samenstelling. Ook: metselverband.
Verblendsteen
Strengperssteen van fijn klei met doorlopende grote gaten in de hoogte van de steen. Verblendsteen wordt meestal uitgevoerd in heldere kleuren zoals geel, rood, wit en vaak geglazuurd. Toepassing voor siermetselwerk in minder glad en nauwkeurig uitgevoerd metselwerk.
Verblijfsgebied
Definitie: Gedeelte van een gebruiksfunctie met ten minste een verblijfsruimte, bestaande uit een of meer op dezelfde bouwlaag gelegen aan elkaar grenzende ruimten anders dan een toiletruimte, een badruimte, een technische ruimte of een verkeersruimte.
Verblijfsgebied
Een besloten ruimte, bestaande uit een of meer met elkaar in verbinding staande, op dezelfde bouwlaag gelegen verblijfsruimten en andere afzonderlijke ruimten, anders dan een toilet- of badruimte, technische ruimte of gemeenschappelijke verkeersruimte.
Verblijfsruimte
Ruimte in een bouwwerk waarin de kenmerkende activiteiten plaatsvinden van de functie van het bouwwerk. Aan een verblijfsruimte worden vanuit het Bouwbesluit technische eisen gesteld zoals daglichttoetreding, ventilatie, bruikbaarheid, enz.
Verblijfsruimte
Een besloten ruimte bestemd voor het verblijven van mensen.
Verbrandingsgraad
De bepaalde temperatuur die nodig is om een product of een brandstof te kunnen verbranden.
Verbrandingsluchttoevoer
Een voorziening voor het aanvoeren van verse lucht, om verbranding zo goed mogelijk te laten verlopen.
Verbrandingsruimte
Een werkkamer motor waarbij warmte wordt verkregen door een bepaalde brandstof te verwarmen.
Verbrandingstoestel
Een toestel dat gebruik maakt van verbranding voor het opwekken van warmte.
Verdichten van betonspecie
Verdrijven van de ingesloten lucht uit betonspecie door middel van (tril)energie, waardoor de betonspecie een dichte structuur verkrijgt.
Verdieping
zie: bouwlaag
Verdrag van Malta
Verdrag dat de omgang met het Europees archeologisch erfgoed vastlegd.
Verduurzamen
Conserveren van hout om het te beschermen tegen aantasting.
Verfbestek
Omschrijving van het uit te voeren schilderwerk, bijvoorbeeld te gebruiken verfsoorten en de volgorde waarin geschilderd wordt.
Verglaasde steen
Zie: glazuursteen
Verglazen
zie: beglazing
Verhard
zie: bestraat
Verhardingsbeheersing
Werkwijze of proces waarbij de temperatuur- en sterkteontwikkeling van beton in een constructie kan worden voorspeld (d.m.v. een rekenmodel) en beheerst.
Verhardingskrimp
De (interne) volumevermindering als gevolg van de reactie van cement en water.
Verholen goot
Onder de dakbedekking liggende en derhalve vrijwel onzichtbare goot.
Verkeersroute
Route die begint bij een toegang van een ruimte, uitsluitend voert over vloeren, trappen of hellingbanen en eindigt bij de toegang van een andere ruimte.
Verkeersruimte
Ruimte anders dan een ruimte in een verblijfsgebied, een toiletruimte, een badruimte of een technische ruimte, bestemd voor het bereiken van een andere ruimte;
Verkeersruimte
Een ruimte van een bouwwerk bestemd voor het bereiken van een andere, van het bouwwerk deel uitmakende ruimte.
Verkennend bodemonderzoek
Onderzoek of dat de bodem verontreinigd is. Sinds 1992 is bodemonderzoek in de meeste gevallen verplicht bij het aanvragen van een bouwvergunning. Ook wel schoongrond verklaring of verkennend bodemonderzoek genoemd. Het onderzoek moet voldoen aan de NEN 5740, NVN 5725 en NEN 5707.
Verkenning
(Timmermansterm) Smal randje van een sponning, dat ontstaat door het iets terug liggen van een deur of raam ten opzichte van de koplat en het belegstuk van de kozijnomlijsting.
Verlichtingsinstallatie
Een installatie die is aangesloten op de voorziening voor elektriciteit, vanaf het aansluitpunt tot en met de verlichtingsarmatuur.
Verlijmingskit
Elastische kit die wordt gebruikt voor het verlijmen van materialen. Verlijmingskitten zijn zeer sterk en kunnen zelfs worden gebruikt in de vliegtuigindustie.
Vermetguts
Een steekbeitel met gebogen blad waarbij de vouw aan de bolle zijde is geslepen.
Vermogensfactor
De verhouding tussen werkelijk vermogen en schijnbaar vermogen in een wisselspanning-installatie.
Vernis
Lak, glansstof.
Verplaatsbare woningen
Gebouwen met een woonfunctie die niet verbonden zijn aan de grond.
Versneller
Een hulpstof die de (hydratatie-)reactie van cement en water versnelt.
Verstek
In een hoek van 45 graden.
Verstekhaak
Met een verstekhaak kunnen we hoeken van 45 en 135 graden aftekenen of contoleren. Een verstekhaak wordt toegepast voor het aftekenen van lijstwerken en profielen bij ramen en deuren.
Verstekzaag
Zaag voor het afkorten van hout onder verschillende hoeken.
Verticale ladderbaan
Brede open kabelgoot voor de hoofverdeling van de bekabeling. Ladderbanen worden voornamelijk toegepast in schachten of installatieruimten
Vertrager
Een hulpstof die de (hydratatie-)reactie van cement en water vertraagt.
Verwerkbaarheid
zie: bewerkbaarheid
Verzekeringen
De verzekeringen bij een bouwproject die een onderdeel vormen van de bijkomende kosten conform NEN 2631.
Verzilveren
Bewerking waarbij een metalen reflecterende laag op het glas wordt aangebracht om een spiegel te verkrijgen.
Vesseltest
beproevingsmethode om het vloeigedrag en vulgedrag van zelfverdichtend beton te beoordelen
Vestibule
hal
Vide
Een open ruimte die over twee of meerdere verdiepingen doorgaat.
Vierblad
Motief van vier cirkels met puntige uiteinden die als geheel omsloten is.
Vierendeelligger
Een vorm van de vakwerkligger opgebouwd uit rechthoeken, zonder diagonalen.
Viering
Ruimte waar in een schip, koor en transept elkaar snijden.
Viering
Het gedeelte van een kerk of kathedraal waar dwars- en langsschip elkaar kruisen. Wordt ook wel kruising genoemd.
Vieringtoren
Vaak wordt de viering bekroond met een vieringtoren. Als het gewelf wordt open gemaakt kan het daglicht via de ramen van de toren in het interieur van de kerk binnendringen.
Vierpas
Motief van vier cirkels die geheel omsloten is.
Viersnuit
Motief van vier visblazen in een cirkel.
Vijfsnuit
Motief van vijf visblazen in een cirkel.
Visbek
Houtverbinding door middel van messing- en groef.
Visblaas
Sierlijk motief van een ronde tracering die aan een kant puntig toeloopt.
Viscositeit
Graad van vloeibaarheid van een vloeistof.
Visgraatbalk
zie: keper
Vlakbank
Werktuig om hout aan één zijde mechanisch te schaven
Vlakke plaatvloer IHW
Traditionele vlakke vloer die op een bekisting wordt gestort.
Vlechting
Zie: boerenvlechting.
Vlechtverband
Zie: keperverband
Vledder
Behangborstel.
Vleugel
Het te openen deel van een kozijn.
Vleugelvloer
Hybride vloerconstructie, die bestaat uit een combinatie van de kanaalplaatvloer en de bekistingsplaatvloer.
Vliering
Extra ruimte die is gemaakt in het bovenste gedelte van de kap.
Vliering
De ruimte boven de hanenbalk van een dakconstructie.
Vliesgevel
Een gevel die vóór de draagconstructie is aangebracht.
Vlijlaag
Niet met mortel gemetselde laag van stenen op hun plat, als onderlaag voor een weg, een vloer, een muur, een fundering op → staal; (primitiever) van gestampte en geëffende leem, klei, grint.
Vlinder
Hulpmiddel bij het uitzetten en metselen van een ellipsboog
Vloeiing
De mate waarin een verf vloeit.
Vloeistofdichtheid (betonconstructie)
Een betonconstructie wordt als vloeistofdicht beschouwd wanneer - gedurende de levensduur van de constructie - het indringingsfront van een vloeistof de niet met vloeistof belaste zijde van de constructie niet bereikt.
Vloer
Een horizontaal vlak met een breedte van ten minste 500 mm en met een vrije hoogte boven de vloer van ten minste 1,5 meter dat onder normale omstandigheden betreedbaar is voor mensen.
Vloerafscheiding
Een afscheiding aan de randen van een (dak)vloer ter voorkoming van het van die vloer kunnen vallen en dienende als steunpunt voor personenverkeer
Vloeren
De verzameling van constructieve en niet-constructieve vloeren inclusief galerijvloeren, balkons en bordessen.
Vloerveer
Een hydraulische veer, die in de vloer gemonteerd wordt. De hardglazen deur blijft op 90 ° staan. De vloerveer is traploos in te stellen, waardoor de deur automatisch in de 0 stand terug komt.
Vlucht
Het geheel tussen de twee niveaus bij een trap die onderbroken wordt door bordessen en op vlucht bouwen: een gevel bewust uit het lood zetten.
Vluchtmogelijkheid
Een van rook gevrijwaarde route, uitsluitend voerend over een of meer vloeren, trappen of hellingbanen, langs welke route het aansluitende terrein kan worden bereikt zonder dat deuren worden gepasseerd die met een sleutel moeten worden geopend.
Vluchtrouteverlichting
Dat gedeelte van de noodevacuatie verlichting om de vluchtmogelijkheden effectief te herkennen en deze op een veilige manier te gebruiken.
Vluchttrappenhuis
Trappenhuis waardoor een rookvrije vluchtroute voert.
Vluchtweg
Een van brand gevrijwaarde vluchtmogelijkheid die uitsluitend door een of meer verkeersruimten voert
Vluchtwegaanduiding
Een voorziening voor geleiding van vluchtende verkeersstromen.
Vluchtwegsignalering
Een duidelijke en herkenbare vluchtwegaanduiding teneinde de kortst mogelijke vluchtweg te tonen.
Vluchtwegverlichting
Verlichting dat, bij het wegvallen van de netspanning, de vluchtwegen voldoende verlicht teneinde obstakels in de vluchtweg te herkenen en een veilig gebruik van de vluchtweg mogelijk maakt.
VMvK
Elektriciteitdskabel voor toepassing kabels in zicht.
Vochtwering
Verzamelnaam voor verschillende soorten vochtwering.
Voet
zie: geboorte
Vogelschroot
Plank aan de onderzijde van een pannendak, waarvan de bovenlijn de gegolfde onderlijn van de pannen volgt. Op deze wijze wordt voorkomen dat vogels onder de pannen kruipen om er te nestelen.
Vol en zat
Metselwerk waarbij de stenen rondom ruim in de specie zitten.
Volledige sloop
Volledige sloop van een bouwwerk inclusief het verwijderen van de fundering, inclusief de afvoer van de materialen.
Volumieke Massa
Massa (gewicht) per volume-eenheid.
Volumieke massa
De massa per volume van een materiaal.
Voluut
Spiraal- krul- of kruisvormige versiering, veelal gebruikt ter versiering van kapitelen in de Griekse bouwkunst. Ook op topgevels.
Voluutkapiteel
Een type kapiteel van de klassieke bouwkunst.
Voorbereidings- en begeleidingskosten
Een onderdeel van de bijkomende kosten conform NEN 2631 bestaande uit de kosten voor de adviseurs en toezichthouders tijdens voorbereiding- en uitvoering van een project.
Voorgevel
De gevel van een gebouw die aan de straatkant zichtbaar is.
Voorgevel
zie: buitenmuur
Voorhamer
Een moker met een lange steel.
Voorlopig ontwerp
Het ontwerp dat onderhevig blijft aan wijzigingen overeenkomstig de wensen van de opdrachtgever tot dit ontwerp door de opdrachtgever is aanvaard.
Voorlopig-ontwerpbegroting (VO-begroting)
Begroting die in de fase van het voorlopige ontwerp van een bouwproject op basis van kostenkengetallen wordt gemaakt.
Voorschot
Houten bekleding van het bovendeel van een gevel zoals in de Zaanstreek gebruikelijk is.
Voorstrijkmiddel
zie: primer
Vormbaksteen
Baksteen met vijf bezande kanten en één afgesneden vlak. Wordt machinaal gevormd in vormbakken.
Vormeling
Een baksteen die nog gebakken moet worden.
Vormfactor
Verhouding tussen hoeveelheden waarmee verschillende typen bouwwerken kunnen worden vergeleken. Vormfactoren worden veelal als controlemiddel gebruikt voor het object dat is ontworpen.
Vorst
De afwerking bij een pannendak van de nok ter plaatse van de ruiter dat aan weerszijden aan op de bovenste rij pannen.
Vorsthaak
Een haak waarmee de vorstpan wordt vastgezet zodat deze niet af kan waaien.
Vriescel
Geisoleerde (incl. vloer) ruimte dat wordt gekoeld tot onder het vriespunt voor het opslaan van versproducten.
Vrijdragende verdiepingsvloer
Een verdiepingsvloer die niet volledig wordt ondersteund.
Vrijloop
Een cilinder (van een slot) die kan draaien zonder dat er een sleutel in het slot (in de cilinder) zit.
Vrijstaande woningen
Grondgebonden woning die niet gekoppeld is aan een ander gebouw.
Vuil metselwerk
Metselwerk dat later onzichtbaar wordt door de opgebrachte afwerklaag.
Vuilwerk
Metselwerk of betonsteen waarvan het oppervlak later aan het zicht onttrokken wordt.
Vuist
Zie: moker.
Vulling van vakwerk
zie: betimmering
Vulstof
inerte (minerale) dan wel puzzolane of (latent) hydraulische stof waarmee de ruimten tussen de toeslagstoffen worden gevuld.