Meer vastgoedterminologie
Meer vastgoedtermen zijn te vinden op:
- A deel 1: Vastgoedterminologie Definitielijst [A 1/2]
- A deel 2: Vastgoedterminologie Definitielijst [A 2/2]
- B: Vastgoedterminologie Definitielijst [B]
- C en D: Vastgoedterminologie Definitielijst [C-D]
- E-G: Vastgoedterminologie Definitielijst [E-G]
- K-H: Vastgoedterminologie Definitielijst [H-K]
- L-O: Vastgoedterminologie Definitielijst [L-O]
- P-R: Vastgoedterminologie Definitielijst [P-R]
- S-T: Vastgoedterminologie Definitielijst [S-T]
- U-V: Vastgoedterminologie Definitielijst [U-V]
- W-Z: Vastgoedterminologie Definitielijst [W-Z]
Paal
Voorwerp van enige lengte, waarvan de lengte vele malen groter is dan de doorsnede, b.v. ter afscheiding van een terrein of ter markering van een punt. Materiaal: hout, natuursteen, beton of ijzer, tegenwoordig ook kunststof.
Paalrot
Houten paal die is aangetast door schimmels waardoor de draagkracht van de paal afneemt.
Paardelul
In de lengte gespleten metselsteen in staand verband gemetseld.
Palmet
Ornament in de vorm van een gestileerd palmblad.
Pandhof
Binnenplaats omgeven door een kloostergang.
Paneeldeur
Een decoratieve deur die is opgebouwd uit een stijl- en regelwerk met daartussen één of meer panelen.
Panieksluiting
Sluiting die op de binnenkant van een dubbele deur is bevestigd en door druk op een horizontale stang kan worden geopend. Als bij paniek tegen de deuren - en dus tegen de stang - wordt gedrukt, openen de deuren zich vanzelf.
Panlat
Horizontale lat waaraan de dakpannen worden gehangen.
Panlatten
Een lattenwerk dat op maat van de dakpannen wordt gemaakt op het houten dak om hierop de dakpannen te kunnen laten rusten.
Parellijst
Zie: kraal
Parkeerverharding
Het gedeelte van het terrein dat wordt ingericht met verharding die bedoeld is voor parkeerfunctie.
Parketvloer
Massief hout van ten minste 6 mm dikte.
Particulier opdrachtgeverschap
Een particulier die een eigen woning ontwikkeld en volledig zelf bepaald met welke partijn hij / zij dat wenst te realiseren.
Paslaag
Bovenste waterpas gelegde metsellaag van een fundament.
Passer
Gereedschap dat wordt gebruikt voor het afkrassen van circelbogen en het uitzetten van steekafstanden bij trappen.
Passivering
In een sterk alkalisch milieu ontstaat op het wapeningsstaal een dunne oxidehuid waardoor geen verdere corrosie mogelijk is: het staal wordt zogezegd passief.
Patina
Oxidatielaag op koper en tin.
Patio
Een volledig door het gebouw omsloten binnentuin.
Paumelle
Een scharnier waarbij de pen een geheel vormt met één van de delen van de paumelle waardoor de deur gemakkelijk kan worden uitgelicht.
PE band
Een zacht rubberachtig materiaal met een kleefstrip welke worden geplaatst in de sponning bij het zetten van glas.
Peer
Zie: gloeilamp
Peerspits
Een dakbekroning in de vorm van een peer.
Peil
Bovenkant beganegrondvloer en uitgangspunt voor de hoogtemaatvoering.
Peilbuis
Een in de grond gebrachte buis tbv bodumonderzoek.
Peildatum
De datum waarop de kostengegevens zijn vastgelegd. Deze vormt de basis voor een eventuele indexering van de bouwkosten.
Penant
zie: Muurdam
Pendentief
Boldriehoek of holle gewelfzwik die de hoeken van een vierkante of veelhoekige ruimte verbindt met een ronde koepel.
Penhamer
Een penhamer of een timmermanshamer bestaat uit een steel van essehout. De steel van de penhamer wordt met een stalen spie in het gat van de hamerkop opgesloten. Een penhamer wordt gebruikt in de werkplaats voor het fijne timmerwerk.
Penseel
Zachte kwast voor fijn schilderwerk.
Penthouse
Appartementen op de de bovenste laag van een hoog gebouw met een dakterras.
Perceel
Onderverdeling van een opdracht in een aanbesteding.
Pergola
Houten latwerk van staanders en bovenliggers, speciaal gemaakt voor het laten begroeien met klimstruiken en –planten.
Perslucht
Samengeperste lucht om motoren, machines en gereedschappen mee aan te drijven, onderdelen mee schoon te blazen, banden mee op te pompen.
Personenlift
Verticaal transportmiddel.
Philips
Een type schroef.
PH-schuifraam
Schuifraam met traploze ventilatie
PH-schuifraamsysteem
Een dubbelwandige schuifraam met indirecte ventilatie.
Pielmannetje
Afstandslatje tussen betonbekistingen.
Pieterman
Een losse halfronde lat in houten raamroede.
Pijler
Een rechtop staande drager.
Pijler
Vrijstaande ondersteuning.
Piket
Kleine, ronde paaltjes met een oranje kop waarmee de plek van het te bouwen object wordt gemarkeerd.
Pilaar
zie: Kolom
Pilaster
Vierkante of halfronde halfzuil in het muurwerk, voorzien van een basement en een kapiteel.
Pinakel
Spits toelopende bekroning in de vorm van een gotisch torentje.
Piron
Keramisch sierelement dat wel gebruikt wordt als afwerking van het punt waar drie dakvlakken bij elkaar komen.
Piscina
Reinigingsbekken soms in een nis, gebruikt voor de erediensten in kerken.
PKVW
Afkorting van Politie Keurmerk Veilig Wonen.
Plaatconstructiewerker
Werkt met metalen platen tot 3 millimeter en maakt daaruit plaatprofielen, pijpen en buizen.
Plaatstaal
Vlakke plaat van staal door warmte plat gewalst en in platen gesneden.
Plaatwerker
Maakt constructieprofielen uit dunne metaalplaat (tot 1,5 millimeter) zoals hoekprofielen en buizen.
Plafondverwarming
Verwarming die door middel van buizen op stalen plafondplaten om een ruimte m.b.v. straling te verwarmen.
Plastische kit
Kit die na uitharding niet meer flexibel zijn. Allen geschikt voor het afdichten tussen twee delen niet niet meer bewegen of van vorm veranderen.
Plastische krimp
Wanneer de verdamping van water aan het specieoppervlak groter is dan de (interne) watertoevoer kan de nog plastische betonspecie gaan krimpen; dit verschijnsel heet plastische krimp en kan ernstige scheurvorming veroorzaken.
Plastische zetting
Vervorming van betonspecie, veroorzaakt door het uitzakken van zwaardere delen, waarbij bleeding optreedt.
Plastisch-elastische kitten
Zie: Acrylaatkit
Platvol voegen
Metselvoegen volstrijken met nog natte specie, zodat de voorkanten gelijk liggen met die van de stenen, teneinde het werk een fors aanzien te geven. Te onderscheiden van knip- en snijwerk.
Plaveisel
zie: bestrating
Plenum
Ruimte tussen het bouwkundige en verlaagde plafond.
Plint
Vlak belegstuk van hout, marmer o.i.d. dat wordt bevestigd bij de aansluiting van de wand op de vloer.
Plint
Voetplaat.
Plooi-ijzer
zie: buigijzer
Pluvetta
Door- en afvoerputten op een balkon.
Pluvia
Merknaam van een speciaal hwa-systeem waarmee een zuigende werking door de zwaartekracht wordt gecreerd.
Pneumatisch
Aangedreven door luchtdruk.
Pneumatisch gereedschap
Gereedschap dat door luchtdruk wordt aangedreven.
PO
Particulier opdrachtgeverschap
Poer
Ondersteuningsconstructie van metselwerk of beton.
Polifora
Een venster gescheiden in meerdere delen.
Polycarbonaat
Polycarbonaat wordt ook wel aangeduid met de afkorting PC en is te omschrijven als een thermoplastisch polymeer. Een materiaal dat erg stevig, hard en doorzichtig van aard is. Een unieke eigenschap is het feit dat polycarbonaat hoge temperaturen kan verdragen in tegenstelling tot vele andere kunststoffen.
Polychromeren
Met vele kleuren beschilderd.
Polyester
Polyester is een bekende stof die ook in kleding te vinden is, maar wordt ook geproduceerd in de vorm van plaatwerk waar onder andere boten en dus ook daken van carports van gemaakt worden.
Polystyreenbeton
Licht cementgebonden product waarin het toeslagmateriaal hoofdzakelijk bestaat uit polystyreenbolletjes.
Polyurethaanschuim
Een schuim dat gebruikt wordt voor afdichting van kieren of gaten of het vastzetten van bijv. wandcontactdozen.
Pompen
Een werktuig dat een vloeistof of gas verplaatst door er energie aan af te geven in de vorm van een drukverhoging of snelheidsverhoging.
Pontonbrug
(Tijdelijk) drijvende brug.
Poreus
Aanduiding van de aanwezigheid van luchbellen in een vast materiaal.
Porisostenen
Poreuze bakstenen verkregen door bakken van een mengsel van klei en bv. zaagsel, kolenslib, slik en vliegas.
Porring
De afstand tussen het hoogste punt van een segmentboog en de lijn die de geboorten van de boog verbindt.
Porringpunt
Het punt waar de voegen tussen de boogstenen bij bepaalde boogconstructies op gericht zijn.
Portaal
Een deur of toegang, over het algemeen monumentaal en met rijk beeldhouwwerk versierd.
Portioneerband
Aangedreven transportband om snel een grote hoeveelheid maaltijden te portioneren.
Portioneerkeuken
Keuken waarin componenten worden geportioneerd tot individuele maaltijden.
Portlandcement
Benaming voor een in 1824 gepatenteerde cementsoort; de naam portland verwijst naar de portlandsteen, een grijze kalksteen uit Dosershire, die werd gezien als de meest prestigieuze bouwsteen uit die tijd.
Positiefe kleef
De opwaartse druk, die door de grondlagen op de heipaal uitgeoefend kan worden.
Potdekselen
Planken voor een schutting, een schuurdak, een gevelvoorschot over elkaar spijkeren, ongeveer op de wijze van dakpannen of schubben (geschubd), teneinde inwatering tegen te gaan. In Noord-Holland noemt met een gepotdekselde houten buitenwand een getrapte weeg.
Pozidriv
Een type schroef.
PPS
zie: publiek-private samenwerking
Precario
gemeentelijke belasting die betaald moet worden voor het hebben van voorwerpen op, boven of in gemeenschappelijke grond.
Prefab
Vooraf gefabriceerd, direct gereed voor montage c.q. gebruik.
Prestatiecontract
Een overeenkomst waarbij vastgelegd wordt aan welke eisen een object moet voldoen.
Prieel
Klein open gebouwtje, tuinhuisje, met een dak erop.
Priem
Gereedschap om een gaatje voor te prikken in een materiaal voor een schoef of spijker.
Prijsinvloeden
Een factor die invloed uitoefent op de bouwkosten.
Prijsvorming
Het geheel van de activiteiten vanaf de aankondiging van de aanbesteding of het uitnodigen van de gegadigde(n) om te komen tot het vaststellen van de aannemingssom.
Prikspouwanker
Anker van roestvast of gegalvaniseerd staal die wordt ingelijmd in zowel het binnen- en buitenspouwd met als doel het buitenspouwblad te verankeren aan het binnenspouwblad.
Procesgas
Zie: afgas
Productiekeuken
Binnen deze keuken vindt de bereiding en terugkoeling van maaltijdcomponenten plaats.
Proefbelastingen
Proefmatig belasten van bestaanden en / of nieuwe palen.
Profielstaal
Algemene benaming van stalen balken in standaard vormen.
Projectdefinitie
Het formuleren van de uitgangspunten en de doelstellingen met bijbehorend programma van eisen waaraan het te realiseren project moet voldoen, opdat daarna met het ontwerp kan worden begonnen.
Projectontwikkelaar
Een persoon of onderneming die grote projecten in de bouw voorbereidt en uit laat voeren.
Projectontwikkeling
Deel van de bijkomende kosten die de projectontwikkelaar in de investeringskosten meeneemt ten behoeve van de dekking van de eigen kosten, afdekken van risico en winst.
Pseudo-basiliek
Basiliek zonder vensters in de hoofdbeuk.
Pseudotransept
Een transept met lagere zijarmen dan het middenschip.
Publiek-private samenwerking
Een vorm van samenwerking tussen overheid en markt (bedrijfsleven) waarbij gezamenlijk een project gerealiseerd wordt.
Pui
Onderste deel van een gevel.
Puntlast
Een belasting die aangrijpt in een betrekkelijk kleine oppervlakte op een balk of vlak
PUR-schuim
Zie: polyurethaanschuim
PVC
Thermoplastische kunststof die in de bouw voor verschillende doeleinden wordt gebruikt, onder meer voor buizen en goten. In de vorm van PVC-schuim wordt de kunststof als isolatiemateriaal gebruikt.
PV-paneel
Paneel met een groot aantal zonnecellen (photo voltaic) waar door het fotovoltaïsche principe van deze cellen uit (zon)licht elektriciteit kan worden gegenereerd.
Pyloon
Een taps-toelopde verticale constructie van een brug of hoogspanningsmast.
Pyrietvlekken
Bruin/zwarte vlekken op het betonoppervlak, veroorzaakt door de uitbloei van roestwater afkomstig van reactieproducten van ijzersulfides.
Quackpan
Een zeldzame gegolfde holle pan, vermoedelijk uitgevonden in de IJsselstreek rond 1466.
Quartier
Het gedeelte van een trap dat een kwart van een cirkel beslaat.
Raamboom
Beweegbare handgreep waarmee een raam geopend en gesloten kan worden.
Raamdorpel
Een lekdorpel die toegepast wordt bij de onderdorpel van een buitenkozijn.
Raaplaag
Een laag mortelspecie die vlak is afgewerkt en die dient om een afwerklaag op te bevestigen.
Raapwerk
het bedekken van een muur met een laag kalkmortel.
Raatligger
Stalen ligger met zeshoekige sparingen (raat) die worden gevormd door het uitsnijden van een profiel en na verschuiving weer aaneenlassen.
Rabat
Groef in houten deel, waarmee deze over of tegen een andere sluit.
Rabatdeel
Een (houten) deel met messing en groef en een profilering dat onder andere voor schuttingen en buitengevels wordt gebruikt.
Rachel
Horizontale houten lat waaraan plafonds worden bevestigd.
Radiaalzaag
Zie: cirkelzaag
Radiator
Afgiftelichaam waarmee de warmte aan de omgevings wordt afgestaan.
RAL-kleuren
ReichsAusschuss für Lieferbedingungen, coderingssysteem voor standaard kleuren.
Raming
(Globale) voorlopige berekening van de kosten voor een te maken werk.
Rauhfaser
Behangpapier met houtvezel dat nog dient te worden afgwerkt met latex.
Raveelbalk
Dwarsbalk die de draagbalken rondom een vloeropening opvangt, bijvoorbeeld bij een trapgat.
Raveling
Een samenstel van balken dat ten doel heeft de balken die niet door muren kunnen worden gedragen, bijvoorbeeld bij schoorstenen en of trapgaten, toch voldoende oplegging te geven.
Rbb dakpannen
Dakpannen die gemaakt zijn van beton. Ook wel betondakpannen genoemd.
Rc-waarde
Warmteweerstand van de constructie in m2K/W. Hoe hoger de Rc-waarde, hoe beter de thermische isolatiewaarde.
Reclame en afzetkosten
Kosten die gemaakt worden om het project te kunnen verkopen. Als een ontwikkelaar een project op risico ontwikkelt, zullen de reclame en afzetkosten hoog zijn, als de ontwikkelaar een project direct voor een eindgebruiker ontwikkelt zullen deze kosten minimaal zijn.
Recreatiewoningen
Een woning die niet de functie heeft voor permanente bewoning.
Regel
Een houten lat in een constructie die een verbinding vormt.
Regelapparatuur
Bediening van een installatieonderdeel.
Regio(invloed)
Aspect dat gekoppeld is aan de locatie waar gebouwd wordt en invloed uitoefent op het prijsniveau van het bouwwerk.
Rei
Een lat waarmee specie op een vloer of wand geëgaliseerd wordt
Reinwaterkelder
Een ondergronds bouwkundig reservoir voor de opslag van drinkwater om pieken in de wtarebehoefte op te vangen. Kan ook worden gebruikt als buffer voor een sprinklerinstallatie.
Relaxatie in beton
Afname van de in het beton voorkomende spanning bij constante vervorming.
Renaissance
Stijlperiode in de 15e en 16e eeuw, gekenmerkt door o.a. realisme en klassieke motieven.
Rendement
Het nuttig vermogen tegenover het verbruikte vermogen van een motor of ander apparaat.
Renovatie
Een ingrijpende verbouwing van een object met het doel het object beter geschikt te maken voor een bepaalde functie.
Renoveren
Het herstellen en zo nodig gedeeltelijk vernieuwen van een gebouw waarmee het gebouw weer bruikbaar naar de geldende maatstaven.
Rensdak
Dak bedekt met leien die aan de onderkant rond zijn.
Renvooi
Een kader op een bouwkundige tekening met een neder verklaring van de gebruikte symbolen en arceringen.
Restaureren
Het in goede staat brengen van min of meer bouwvallig geworden gebouwen, uitgaande boven normaal onderhoud.
Retabel
Bovenbouw van een altaar.
Revisie
Wijziging, herziening
Revisietekening
Een bouwtekening die de veranderingen ten opzichte van de oorspronkelijke tekening zichtbaar maakt.
Rib
Een slanke, vooruitspringende, op een boog lijkende constructie ter ondersteuning van een gewelf
Rib van een gewelf (gewelfrib)
Stenen strook tegen de onderzijde van een gewelf, die ofwel om louter esthetische ofwel om esthetische alsook functionele redenen is aangebracht.
Ribgewelf
Een gewelf dat opgebouwd is uit ribben.
Rietdekken
Het afwerken van een dak met riet.
Rietvorst
Dakpan die bij een rieten dak als nokafwerking wordt toegepast.
Ringsleutel
Sleutel met een stalen steel waarmee zes- of twaalfkantige moeren en bouten vast- of losgedraaid worden.
Risaliet
Een gedeelte van de gevel dat over de gehele hoogte vooruitspringt.
Risico
Reservering tegen onverwachte gebeurtenissen die op het bouwwerk betrekking hebben en die niet als meerwerk in rekening kunnen worden gebracht. Onderdeel van de bijkomende kosten.
Risico
Het voor indekking tegen onverwachte gebeurtenissen aan te houden kosten die op het bouwwerk betrekking hebben en die niet als meerwerk in rekening kunnen worden gebracht.
Risicoregeling
Een betalingsregeling die de risico’s van prijsstijgingen verdeelt tussen opdrachtnemer en opdrachtgever.
Rivet
Klinknagel
Rl
Warmteweerstand van een constructie lucht op lucht.
Rm-waarde
Warmteweerstand van een afzonderlijk laag in een constructie in m2K/W.
Rocaille
Een schelpmotief in rococo-interieurs.
Rococo
Stijlperiode uit de 18e eeuw, gekenmerkt o.a. door een overwoekering van het ornament.
Roede
De ijzeren of houten balk die door de as van de kop van een molen gestoken wordt en zo twee wieken vormt.
Roef
Een stuk gebogen metaal dat bovenop de roeflat bevestigd is en dat dient om de naad tussen de afzonderlijke platen van een metalen dak af te dekken.
Roefconstructie
Een metalen dak waarvan de metalen platen dmv. speciale, met metaal bedekte latten met elkaar worden verbonden.
Roestuitbloeiïng
Bruin/zwarte vlekken op het betonoppervlak, veroorzaakt door roestwater.
Rolbandmaat
Oprolbaar meetband.
Rollaag
Reeks van gemetselde stenen op hun kant, b.v. als afdekking van of laag onder een kozijn, als afdekking van een muur of topgevel. Een rollaag is vaak een halve steen hoog.
Rolwerk
Soort ornamentiek die in gekrulde vormen uitloopt.
Romaans
Uit de periode van de romaanse stijl (omstreeks 1000/1250).
Romaans kapiteel
Type kapitelen uit de romaanse architectuur.
Rondboog
Een boog die een halve cirkel beschrijft.
Rondboogvenster
Een venster in de vorm van een rondboog.
Ronde pas
Een motief in een tracering.
Rood
Oude indelingsklasse naar graad van doorbakkenheid van de baksteen (steen is niet hard doorgebakken). Alleen toepasbaar voor binnenmuren
Rooijlijn
De lijn die, behoudens toegelaten afwijkingen, bij het bouwen aan de wegzijde of aan de van de weg afgekeerde zijde niet mag worden overschreden.
Rooilijn
Grens tot waar gebouwd mag worden.
Rookafvoer
Een voorziening voor de afvoer van rook afkomstig van een verbrandingstoestel
Rookcompartiment
Gedeelte van een of meer gebouwen bestemd als maximaal uitbreidingsgebied van rook.
Rookcompartiment
Een geheel met wanden omsloten, overdekte ruimte die voorkomt dat bij brand rook zich binnen korte tijd kan verspreiden naar een ander deel van het gebouw of naar een ander gebouw
Rookgas
Gas dat vrijkomt bij het verbranden van fossiele brandstoffen.
Rookvrije vluchtroute
Van rook gevrijwaarde route die begint bij een toegang van een rookcompartiment of een subbrandcompartiment, uitsluitend voert over vloeren, trappen of hellingbanen en eindigt op een veilige plaats, zonder dat gebruik behoeft te worden gemaakt van een lift.
Rozet
Onrament, min of meer ronde, rooskleurige versiering.
Rse
Warmteovergangsweerstand van buiten naar een bouwdeel (buitenlucht naar materiaal).
Rsi
Warmteovergangsweerstand van een binnenruimte naar een bouwdeel (binnenlucht naar materiaal).
Rubberhamer
Hamer waarvan de kop is gemaakt van zacht- of hard rubber.
Ruimte
Een tot een bouwwerk behorend gebied dat in theorie of in werkelijkheid is begrensd
Ruit
Glazen plaat, oorspronkelijk ruitvormig, thans gewoonlijk rechthoekig of vierkant, die in een raam wordt bevestigd. Vensterglas werd oorspronkelijk als schijf geblazen. Daaruit werden ruitvormige stukjes gesneden, omdat op die wijze het gunstige gebruik werd gemaakt van de cirkelvormige structuur en het minste afval ontstond. Na een wijziging in de fabricagewijze in de 16e eeuw werden in hoofdzaak rechthoekige glasruiten gemaakt. Door de verbeteringen van de fabricagetechnieken kon men steeds grotere ruiten maken, maar de naam is nog steeds afgeleid van de meetkundige figuur, die het stukje glas oorspronkelijk had.
Ruiter
Een verticaal gestelde plank over de volle lengte van de nok ter ondersteuning van de nokvorsten.
RVOI
Regeling van de Verhouding tussen Opdrachtgever en adviserend Ingenieursbureau
RVS
Roestvast staal, een legering van ijzer en vooral chroom met de eigenschap dat het staal niet meer oxideert.
RWA
Rgenwaterafvoer, zie HWA
R-waarde
Warmteweerstand. De R-waarde geeft het warmteisolerend vermogen van een materiaallaag aan.